11. Nazorg en uitslagen

11. Nazorg en uitslagen

De eerste paar weken werd ik elke ochtend huilend wakker. Die ene seconde dat bij het wakker worden de harde werkelijkheid weer tot je doordringt. Ons kind is dood, het is echt. Nooit meer zal ik hem kunnen zien en kusjes kunnen geven.
Ik mis Job nu natuurlijk nog steeds maar toen mistte ik ook echt zijn aanwezigheid in huis, dat is nu gelukkig weg. Het missen wordt anders, verandert in de loop van de tijd.

In die eerste paar weken/maanden werd ik zo verdrietig en voelde ik me zo zwaar bij het vooruitzien. Ik zag alleen maar donkere lege ellenlange dagen voor me. Ik had geen werk, officieel nog zwangerschapsverlof en mijn man zou na verloop van tijd weer volledig moeten gaan werken. En ik dan?
Mensen om ons heen raadden ons aan om op korte termijn samen even weg te gaan, even naar een andere omgeving.
We boekten 4 dagen een hotel in Breda. Met een dubbel gevoel stapte ik de auto in, ik had best wel het gevoel dat ik Job achterliet maar hier moest ik me overheen zetten.
De dagen in Breda probeerden we weer te genieten, het was een goede beslissing om samen even weg te gaan. Omdat ik eigenlijk geen kraamweek heb gehad en een dag na de bevalling alweer in de benen was, kon ik alweer redelijke stukken lopen. Het was prachtig weer en genoten met een bootje van de natuur in de Biesbos en van de stad zelf. Daar heb ik mijn eerste biefstuk weer gegeten, en ik kon er nog van genieten ook!
BredaOngeveer eind augustus/begin september werd ik gebeld door de directeur van het ziekenhuis in Apeldoorn. Jobs overlijden was gemeld bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg omdat niemand zijn overlijden had zien aankomen. Er zou een onderzoek gestart worden en hierover wilde ze graag met ons in gesprek, samen met 2 andere personen die in de onderzoekscommissie waren opgenomen. Er zou onderzocht worden of de verloskundige juist gehandeld had, of de hulp voor Job na de bevalling goed op gang was gekomen en of er misschien iemand iets te verwijten viel. Over dit laatste wilde ik echt niet nadenken, tevens gingen we hier ook echt niet vanuit.
We hoorden dat ze de hele situatie zouden ‘naspelen’. Hoeveel minuten duurde het tot de kinderarts bij Job aanwezig was. Ik vind het best gek om daar over na te denken, dat iemand weer door die gang is gaan rennen, alleen om te kijken hoeveel tijd dat heeft gekost.
Uitslagen van dit onderzoek zouden we ongeveer eind oktober (dus na 2 maanden) krijgen. Hierin werden ook verbeterpunten naar voren gebracht, alles om situaties als deze te voorkomen of de zorg in een soortgelijke situatie nog beter te maken.

Daarnaast wachtten we ook nog op de uitslagen van het onderzoek dat gedaan is door de patholoog in Apeldoorn en in Utrecht. Ook hiervan verwachtten we de uitslagen rond eind-half oktober.
In de tussentijd zijn we op meerdere gesprekken geweest in het ziekenhuis in Apeldoorn en in Utrecht. De nazorg was heel goed.
Ook onze verloskundige kwam met regelmaat langs, soms op de bonnefooi, soms gepland. Het was fijn om haar te spreken, te horen hoe zij alles ervaren had en om mijn herinneringen aan de bevalling te bevestigen of terug te halen. Hoe gek het misschien ook klinkt, het was ‘fijn’ om te zien hoe moeilijk ook zij het had met het verlies van Job. Een enorme keerzijde van haar beroep.

Tussen al het wachten door op allerlei uitslagen keken mijn man en ik verder vooruit. Het klinkt misschien raar, maar op de dag dat Job overleed hebben mijn man en ik de wens al naar elkaar uitgesproken dat we zo snel mogelijk weer zwanger wilden worden. We wisten nu hoe het is/was om ouders te zijn en wat voor enorme gevoelens en liefde dat met zich meebrengt. We hadden zoveel liefde te geven!
Natuurlijk wilden we eerst de uitslagen afwachten, we waren bang dat er misschien genetisch iets niet goed zou zijn. Pas als duidelijk was dat dat niet het geval zou zijn, zouden we er weer voor gaan. Maar dan zaten we ook nog met mijn PCO, moesten we weer zo’n traject door? Moest ik weer hormonen slikken en om de dag terug voor een inwendige echo?
Ik had al wel gehoord en gelezen dat door de zwangerschap en bevalling je lichaam een soort kan resetten wat de hormoonhuishouding weer in balans brengt. Ik vestigde daar enorm mijn hoop op. Na een bevalling wordt je (zonder borstvoeding te geven) na ongeveer 6-8 weken weer ongesteld. De weken verstreken en er kwam maar niks. Toen er 8 weken voorbij waren begon ik de hoop op te geven en me neer te leggen bij het feit dat mijn PCO niet verdwenen was. Tot ik op een ochtend nog nooit zo blij was geweest met mijn menstruatie! Ik heb volgens mij zelfs gehuild, dit keer van blijdschap. We hebben gelijk een verwijzing geregeld naar de gynaecoloog en fertiliteitsarts, om onze kinderwens te bespreken en om zeker te weten dat bij mij alles lichamelijk weer was zoals het hoorde te zijn. Helaas konden we pas na 6 (!) weken terecht in het ziekenhuis, dat voelde als een enorme domper.

Gelukkig kregen we wel vrij snel bericht van het WKZ in Utrecht, de uitslag was binnen en ze vroegen ons om langs te komen. Ik vroeg de arts aan de telefoon of ze al iets kon zeggen, maar ze gaf aan dat ze dat liever in een gesprek wilde doen maar ze kon wel zeggen dat er in ieder geval geen genetische afwijkingen waren gevonden. Wat een opluchting! 1 Of 2 dagen later konden we al terecht in het WKZ. Van een voor ons bekende arts kregen we te horen wat de pathologen hadden gevonden:

1. Ik had een kleine placenta. Wat niet verwacht was aangezien ik meerdere groei-echo’s had gehad en Job bij de geboorte 3950 gram woog. Vaak zie je met een kleine placenta dat het kindje dan ook klein is. Het is niet ‘normaal’ dat er toch zo’n (relatief) groot kind geboren wordt met een kleine placenta. Mijn placenta was dan ook helemaal op, er waren zelfs kleine infarctjes op te zien. De arts gaf aan dat de moederkoek letterlijk op was. Job heeft hier geen reserves uit kunnen halen voor de bevalling, iets wat een kindje wel nodig heeft.

2. Er zijn sporen gevonden van een virus in mijn binnenste vliezen en in de navelstreng. Helaas is er niet te achterhalen wat dit is geweest. Na de bevalling is er bij mij en bij Job bloed afgenomen en op kweek gezet. Helaas is hier niets uit gekomen en zullen we dit nooit te weten komen.

Een sluitend antwoord gingen we niet krijgen waarom er is gebeurd wat er is gebeurd, maar de kans is groot dat de combinatie van deze 2 dingen ervoor gezorgd heeft dat Job met zuurstoftekort geboren is.

Verder kregen we te horen dat Job meerder hartinfarcten heeft gehad en bloed in zijn nieren had (wat zijn steeds lagere bloeddruk verklaarde). Daarnaast had hij een longontsteking, dit was een gevolg van de beademing.
Daarnaast was zelfs zijn hersenstam beschadigt. Dit betekende dat áls Job het had overleeft hij geen reflexen zou hebben. Hij zou nooit zelfstandig kunnen ademen, niet kunnen knipperen met zijn ogen, niet kunnen slikken, niet kunnen hoesten etc.
Met andere woorden, hij had dit niet kunnen overleven. Het was heftig om dit allemaal te horen, dat er zoveel kapot was in zijn lichaam maar het bevestigde ook dat we de goede keuze hadden gemaakt om Job te laten gaan.

Een paar weken daarna konden we terecht bij de gynaecoloog en fertiliteitsarts in Apeldoorn. Er werd een inwendige echo gemaakt en bevestigd dat alles er uitzag zoals bij een gemiddelde vrouw. Ik was enorm blij! Samen met de arts maakten we een plan zodat ik (hopelijk) zo snel mogelijk weer zwanger zou zijn. Wel moest ik rekening houden met een onregelmatige cyclus wat het wat moeilijker/ingewikkelder zou maken. Ook met de gynaecoloog hebben we een fijn gesprek gehad. Ze snapte onze wens maar wilde wel graag nog een gesprek inplannen met de POP-poli. Dit is een speciale poli waar je op gesprek komt bij een gynaecoloog, kinderarts en maatschappelijk werker. Er wordt dan gekeken hoe zij ons in de komende periode het beste kunnen begeleiden, en stiekem proberen ze te beoordelen of we er al wel klaar voor waren om weer opnieuw zwanger te worden. Echter heb ik, hoorde ik later van mijn man, goed duidelijk gemaakt dat hun eventuele negatieve advies niets zou veranderen. We waren er weer klaar voor, einde discussie.

Omdat ons verhaal boven de pet ging van de maatschappelijk werkster gingen we met een verwijzing naar een medisch psycholoog en 3 dozen ovulatietesten op zak weer naar huis. We hadden weer wat om naar uit te kijken (dubbelzinnig, i know…)!

-K-

Plaats een reactie